Preek kleine profeten Amos

Inleiding

Kan iemand een bekend vers of bekend gedeelte noemen van het boek Amos?

Er is niet echt één bekend gedeelte dat eruit springt in het boek Amos.

Een gedeelte dat direct naar boven komt als we denken aan het boek.

Toch zijn er denk ik best wel verzen die we zouden herkennen

 

Een vers als: Zoek de Heer en leef

Of een aantal van de verzen die we net ook met elkaar hebben gelezen:

Zoek het goede, niet het kwade. Dan zullen jullie leven, en dan zal de HEEER, de God van de hemelse machten, met jullie zijn, zoals jullie altijd zeggen.

Of Wee degenen die verlangen naar de dag van de HEER! Wat zal hij jullie brengen, de dag van de HEER? Duisternis, geen licht

Of Laat liever het recht stromen als water, en de gerechtigheid als een altijd voortvloeiende beek

 

Of misschien zeggen de visioenen van het paslood of de mand met rijp fruit je wat.

Of het beeld van het vervallen huis van David dat God zal herbouwen.

 

Zijn dit bekende verzen, visioenen en beelden uit boek Amos?

Of we het nu kennen of niet het komt in ieder geval allemaal uit het boek Amos.

En we gaan er nu dieper op het boek in om meer greep te krijgen op het hele boek

Allereerst weer de vragen: Wie, wanneer en waar

Wie is Amos?

Met die vraag beginnen we.

We komen redelijk wat over Amos te weten in het boek Amos.

 

Deze Amos wordt namelijk in 1:1 als volgt geintroduceerd:

 

1Hier volgen de woorden en visioenen van Amos, een schapenfokker uit Tekoa. Hij profeteerde over Israël toen Uzzia in Juda regeerde en Jerobeam, de zoon van Joas, koning was in Israël, twee jaar voor de aardbeving.

De naam Amos betekent: de (door JHWH) gedragene

Amos was dus een schapenfokker en in hoofdstuk 7:14 zegt hij van zichzelf dat hij geen profeet is of een profetenleerling, maar een veeboer en een vijgenteler.

Het is God die hem achter de schapen weg heeft gehaald om waarschijnlijk tijdelijk als profeet op te treden.

Maar zijn beroep is dus niet profeet, maar veeboer en vijgenteler.

 

Dat roept bij ons denk ik een wat ander beeld op dan bedoeld.

Ten eerste betekent het dat Amos waarschijnlijk een niet onbemiddeld man was.

Hij blijkt dan ook geen broodprofeet, hij kon uit eigen middelen in zijn levensonderhoud voorzien.

 

Verder blijkt Amos ook een zeer ontwikkeld man te zijn.

Hij is namelijk buitengewoon taalvaardig

Heeft een uitgebreide kennis van de tradities van zijn volk.

Hij heeft grote geografische belangstelling

En was goed op de hoogte van gebeurtenissen die zich in het verleden in de naburige landen hadden afgespeeld.

Amos was dus niet ‘zomaar een boer’, maar hij was een niet onbemiddeld man en een zeer ontwikkeld man.

 

Verder weten we dat Amos afkomstig was uit Tekoa.

Dat is een vestingstadje in het twee-stammenrijk

Ongeveer 10 km onder Bethlehem.

We zien het nu ook op het kaartje

 

Wanneer leefde en werkte Amos?

Het optreden van Amos als profeet wordt gelukkig voor ons gedateerd.

Hij profeteerde namelijk toen Uzzia in Juda regeerde en Jerobeam II koning was in Israël.

Gezien deze twee koningen zal zijn optreden ergens tussen 780 en 740 v. Chr. plaats moeten hebben gevonden.

Er is op basis van kleine aanwijzingen een redelijke overeenstemming tussen de wetenschappers dat het optreden van Amos zo rond 760 moet zijn geweest.

En daarmee is Amos de oudste schriftprofeet.

Dus niet de oudste profeet die we tegenkomen in de Bijbel, maar wel de oudste profeet met een eigen boek.

Verder denkt men dat het optreden van Amos vrij kort geweest zal zijn.

Hooguit een jaar.

Waar profeteerde Amos?

Uit hoofdstuk 7 kunnen we opmaken dat Amos in ieder geval in Betel heeft geprofeteerd.

In Betel is volgens de priester Amasja het heiligdom van de koning en de tempel van het koninkrijk.

Amos krijgt het in hoofdstuk 7 aan de stok met deze Amasja.

Hij is het die Amos beveelt te verdwijnen uit Betel.

En adviseert hem om terug naar Juda te gaan om daar lekker te gaan profteren.

Maar in Betel mag hij niet langer profeteren.

 

Het is verder mogelijk dat Amos nog in Gilgal en in de hoofdstad Samaria heeft geprofeteerd, omdat die steden in het boek een duidelijke plaats hebben.

Maar zoals zo vaak kiest God dus iemand uit het zuidrijk om te profeteren in het noordrijk.

En dit keer kiest God zelfs geen eens een profeet uit om dat te doen.

Maar Hij kiest voor een veeboer en vijgenteler.

Geen broodprofeet.

Deze moet in het noordrijk onafhankelijk en scherp kunnen spreken.

Deze man moet Israël de waarheid aanzeggen namens God!

 

Dan gaan we nu naar de inhoud van het boek kijken.

Laten we eerst even een globale indeling bekijken

Indeling:

De hoofdstukken 1-2 zijn oordeelsaankondigingen voor de omringende volken, Juda en Israël

De hoofdstukken 3-6 zijn verdere profetieën over Israël

De hoofdstukken 7-9 bestaan vervolgens uit vijf visioenen en een heilsprofetie.

We kijken nu naar dat eerste deel de oordeelsaankondigingen.

Er zit een refrein in deze eerste 2 hoofdstukken.

Bij elke oordeelsaankondiging klinkt het weer.

Misdaad op misdaad heeft … begaan.

En de boodschap is telkens weer:

Daarom zal ik mijn vonnis niet herroepen.

En alle buurlanden van Israël komen eerst aan de beurt.

 

Hier zie je een kaartje van Israël in de tijd van Amos.

En Amos gaat de buurlanden één voor één af.

Hij begint met Damascus de hoofdstad van Aram

Daarna gaat hij naar de steden van de Filistijnen

Dan volgt Tyrus

Edom

En Ammon

En tot slot Moab

 

Je moet je even voorstellen hoe dat geklonken moet hebben voor Israël.

Alle buurlanden krijgen van God het oordeel aangezegd.

Prachtig, dat klinkt goed.

Ze zullen instemmend geknikt hebben

Die profeet Amos zegt de goede dingen

Al onze buren krijgen een pak slaag van God.

Wat is dan toch heerlijk om Gods uitverkoren volk te zijn.

 

Maar Amos stopt daar niet.

Hij gaat namelijk verder met het twee-stammenrijk: Juda.

En dan komt het in één keer dichtbij.

Want ook zij horen bij Gods uitverkoren volk!

 

En opvallend is ook de inhoud van Gods oordeelsaankondiging aan Juda.

Ze hebben de wetten van de HEER verworpen en zich niet gehouden aan Zijn geboden.

Ze hebben zich ingelaten met valse goden.

De buurvolken werden geoordeeld voor universele misdaden.

Maar Gods volk wordt geoordeeld voor hun misdaden tegen Hem.

Uitverkoren zijn schept ook verplichtingen.

Het niet dienen van JHWH alleen is zonde

Net als het niet houden van Zijn geboden.

Het is het breken van het verbond!

En daar sta je dan als inwoner van Betel te luisteren.

Zouden ze zich zorgen hebben gemaakt dat God hen zou oordelen?

Het lijkt erop in het boek Amos dat ze zich geen zorgen maakte.

Zoals we eerder hebben gezien bij het boek Hosea was de tijd onder Jerobeam II een tijd van voorspoed voor Israël.

Militaire overwinningen worden geboekt.

Economisch gezien gaat het Israël voor de wind.

De zegen van God daalt toch op ons neer?

 

Israël zag zichzelf als het uitverkoren volk van God.

God is met ons, daar lieten ze zich ook graag op voorstaan.

God zorgt er wel voor dat het kwaad ons niet treft, dat het ver van ons blijft.

En ze verlangden zelfs naar de dag van de Heer.

Dat was toch de dag dat God hen zou redden en die andere volken zou straffen.

 

En hun eredienst was toch bloeiend?

Ze hielden toch feesten voor God?

Prachtige samenkomsten voor JHWH?

Ze brachten toch offers voor God

En zingen de mooiste liederen.

Israël en God dat zijn twee handen op één buik.

Geen denken aan dat God met Zijn oordeel naar ons toekomt.

 

Maar dan Amos.

Hij heeft met de oordeelsaankondigingen van de buurvolken en Juda naar dit moment toegewerkt

En dan spreekt hij de vernietigende woorden

Misdaad op Misdaad heeft Israël begaan.

Daarom zal ik mijn vonnis niet herroepen!

 

Een flinke klap voor de Israëlieten die luisteren.

Maar waarom zegt God ons dan Zijn oordeel aan?

Wij zijn toch Gods uitverkoren volk?

We worden toch gezegend met overwinningen en voorspoed door God?

We vervullen toch onze godsdienstige plichten van feesten, samenkomsten en offers?

 

Ja, maar niet in hun uitverkiezing en niet in de vervulling van hun religieuze plichten is het verbond verankerd.

Maar in het oprecht leven voor God.

En in het leven van elke dag slaat het helemaal nergens op wat Israël doet.

En dat stelt Amos aan de kaak.

 

Amos geeft Gods boodschap door.

Sociale gerechtigheid bestaat niet meer in Israël.

Amos spreekt zich scherp daarover uit namens God.

In Israël verrijken de toch al rijken zich

Ze doen dat ten koste van de armen

Ze verdrukken armen en machtelozen.

Ze pronken met hun bezit,

Leven er zelf op los.

Maar met liefde voor God en de naaste heeft het niets meer te maken

 

Ook het recht functioneert helemaal niet meer.

Steekpenningen zijn gewoon geworden.

Recht kan je kopen.

Armen wordt dan ook hun recht in de poort ontnomen.

 

En ze breken achter elkaar de wetten van God

Een zoon en zijn vader komen bij hetzelfde meisje

Iets wat God verboden heeft in Lev. 18 en 20

Ze houden ’s nachts de kleren in onderpand, maar ook dat had God verboden in Ex. 22 en Deut. 24

En men gebruikt het heiligdom als slaap en drinkgelegenheid.

 

Nazireers lieten ze hun geloften verbreken en profeten werden monddood gemaakt.

Nota bene een gelegenheids profeet uit het 2-stammenrijk moet hen de waarheid komen vertellen, moet hen de ogen openen voor hun onrecht

 

Ja, als je helemaal niet leeft zoals God dat vraagt, dan is al je godsdienstigheid een wassen neus

En hun eredienst, hun lippendienst, God walgt daar dan van.

De Israëlieten vereren God niet zoals Hij geboden heeft.

En afgoden zijn ook in Israël niet taboe.

De dienst aan God is inhoudsloos geworden.

Een vroom sausje, terwijl ze zich eigenlijk geen bal van God aantrekken.

Hierin ligt denk ik ook de belangrijkste betekenis van het boek Amos voor ons vandaag.

Amos laat heel duidelijk zien dat het geloof in God ook je hele leven moet bepalen.

Echte liefde voor God en de naaste moet uit alles blijken, moet uit je hele leven blijken.

 

Dus dat betekent dat we God niet maar een beetje op onze manier kunnen vereren.

Niet wat ik vind of voel is het belangrijkste als het gaat om het dienen van God,

Maar hoe Hij gediend wil worden!

 

En het vraagt erom dat we ook leven zoals God dat van ons vraagt.

We moeten werk maken van onze heiliging als ik het even in kerktaal uitdruk.

Ook als het gaat om de sociale gerechtigheid waar het boek Amos zo’n nadruk op legt.

Een christen die niets geeft om de zwakken van de samenleving

Die zich geen zorgen maakt om uitbuiting

en geen afstand doet van zelfverrijking,

Zich niet inspant voor eerlijke rechtspraak,

En ga zo maar door.

Zo’n christen is verkeerd bezig.

Zo’n christen heeft het evangelie niet begrepen.

Die heeft nog niet begrepen wat God en je naaste liefhebben allemaal inhoud.

 

Een christen die alleen maar elke zondag vroom in de kerk zit, thuis bidt en bijbel leest en denkt er daarmee te zijn heeft het goed mis.

Het geloof in God heeft gevolgen voor je leven van elke dag.

Het geloof wil je veranderen in een mens die God en zijn naaste liefheeft.

Het geloof wil je veranderen in full-time christen, 24 uur per dag, 7 dagen per week

 

Geloof in God en leven zoals God dat wil horen hand in hand met elkaar te gaan.

Maar in Israël gaat dat helemaal niet hand in hand.

Het gaat helemaal niet goed.

En dat hadden ze ook best kunnen weten.

God had ze allemaal tekenen gegeven vertelt Amos in Hoofdstuk 4.

Maar de conclusie is telkens:

Maar jullie zijn niet naar mij teruggekeerd.

 

Israël liet zich voorstaan op het feit dat ze door God uitgekozen waren.

Daarin vonden ze een valse zekerheid.

Maar dat ze uitverkoren zijn door God wordt nu tegen hen gebruikt.

Juist omdat God ze uitgekozen had, worden ze nu gestraft voor hun wandaden.

Gods uitverkoren volk had beter moeten weten.

God had met hen een verbond gesloten.

Hij zou hun God zijn en zij zijn volk.

God had zichzelf aan hen bekend gemaakt

En had ook zijn wetten gegeven.

Israël had beter kunnen en moeten weten.

Maar ze zijn niet naar God teruggekeerd.

 

En dan blijkt ook hun zekerheid in hun verkiezing een valse gerustheid.

Ze moeten niet naar de Dag van de Heer verlangen, want die dag zal duisternis brengen voor hen en geen licht.

Het is geen dag van redding voor Israël, maar een dag van oordeel

De Dag van de Heer zal aardedonker voor hen zijn, zonder glans.

Ook de 5 visioenen van Amos in de hoofdstukken7-9 beloven weinig goeds.

Eerst ziet Amos hoe God een zwerm sprinkhanen maakt die het laatste groen wegvreten.

Dan ziet Amos hoe op Gods bevel het land met vuur gestraft wordt.

Vervolgens ziet Amos God met een paslood staan, waarbij God zegt dat Hij een loden last op Zijn volk zal leggen en het niet langer zal sparen.

Weer later ziet Amos een mand met rijp fruit en God zegt daarbij dat weldra de tijd rijp zal zijn en dat Hij dan Zijn volk niet meer zal sparen.

En tot slot ziet Amos God bij een altaar staan.

God zal dus wel bij het altaar in het heiligdom van Betel staan.

God is uit op de verwoesting van dat heiligdom

En verder zal Hij het volk opjagen en doden.

En er is geen ontkomen aan.

 

Al deze visioenen gaan over het oordeel van God over Israël

Bij de eerste twee visioenen gebeurt er iets bijzonders.

Tot tweemaal toe doet Amos zelf namelijk voorbede voor het tien-stammen rijk.

Heer, mijn God, vergeef het volk van Jakob toch, hoe zou het dit kunnen overleven? Het is zo klein

En bij het tweede visioen: Heer, mijn God ik smeek u: houd op hiermee! Hoe zou het volk van Jakob dit kunnen overleven? Het is zo klein!

En beide keren krijgt God medelijden en zegt Hij dat wat de visioenen laten zien, dat dat niet zal gebeuren.

Wat bijzonder eigenlijk dat Amos het hier voor Israël opneemt.

Als man van het twee-stammenrijk doet hij voorbede voor het tien-stammenrijk

En God hoort zijn smeekbede.

 

Toch gaan de visioenen daarna wel door

En stopt ook de voorbede van Amos.

Amos zal begrepen hebben dat het oordeel van God er zal moeten komen.

En de visioenen worden ook steeds heftiger.

Het zegt Israël de vernietiging door God aan.

En toch is er nog wel een opening in het boek Amos.

Het oordeel kan misschien nog herroepen worden

En Amos mag het volk dan ook nog oproepen tot bekering.

Zoek de HEER en leef.

14Zoek het goede, niet het kwade. Dan zullen jullie leven, en dan zal de HEER, de God van de hemelse machten, met jullie zijn, zoals jullie altijd zeggen. 15Haat het kwade, heb het goede lief en zorg dat er recht gedaan wordt in de poort. Misschien zal dan de HEER, de God van de hemelse machten, genade schenken aan wie er overgebleven zijn van Jozefs volk.

Het volk Israël moet terugkeren naar God.

Ze moeten stoppen met kwaad doen en nu het goede zoeken.

Ook heel nadrukkelijk zegt Amos dat het sociale onrecht moet stoppen.

Het volk wordt door Amos teruggeroepen naar God en opgeroepen om te breken met hun zonden.

Misschien zal dan de Heer, de God van de hemelse machten, genade schenken aan wie er overgebleven zijn.

God belooft niet het hele volk te vernietigen en dan komt ook de heilsprofetie van Amos 9.

God belooft het lot van Zijn volk ten goede te keren door het oordeel heen.

Ze zullen worden teruggeplant en niet meer worden weggerukt.

Er gloort een klein beetje hoop aan het einde van het boek Amos.

Er komt een klein straaltje genadig licht naar voren.

Maar er is bekering nodig

Zoek de Heer en leef!

Slot (KLIK)

Het boek Amos laat het schrijnende sociale onrecht zien in Israël.

Wat dat betreft is het een boek dat nog steeds spreekt.

Ook in onze wereld van vandaag is er schrijnend sociaal onrecht.

Het komt in het klein op ons af hier in Nederland,

Maar in het groot uit het buitenland via de media

Zoveel mensen leven onder dictaturen

Zoveel mensen zijn arm, terwijl anderen zich verrijken.

Zo veel mensen vinden geen recht, maar ontmoeten corruptie.

En je kunt daar moedeloos van worden.

Ook als je als christen trouw bent op je eigen plek.

Het onrecht is groter dan wij kunnen oplossen.

 

Het moet ons dan ook doen verlangen naar het koninkrijk van God.

Naar het rijk van Christus waar recht heerst en overvloed is.

We mogen nu al als burgers van dat rijk leven.

Nu al mogen wij iets laten zien van dat rijk in hoe wij God en onze naaste liefhebben.

Maar ons leven is en blijft gebroken.

En we zien uit naar dat volmaakte rijk waar recht en gerechtigheid woont!

 

AMEN!

 

 

Kleine profeten Amos, 19 NOVEMBER Ds. M.K. van Rijswijk